Werken

De VOC. mocht dan wel een fantastische organisatie zijn, maar om er voor te werken was wel een ander verhaal. Je verdiende niet veel (ongeveer 10 gulden per maand) en het was natuurlijk altijd maar de vraag of je heel van de reis terugkwam. Al snel was het zo, dat mensen niet meer zomaar bij de VOC. wilde werken. Er moesten ‘ronselaars’ op pad gestuurd worden om her en der werkelozen op te speuren, die ze dan probeerden te strikken om voor de VOC. te werken. Deze mensen brachten ze dan naar logementen (logeeradressen). De mensen kregen daar te eten en te drinken en kleding. Daarvoor in de plaats moesten ze een schuldbekentenis tekenen en bij de VOC. gaan werken. Zo hield de VOC. wel voldoende werknemers!
Het leven aan boord was niet leuk. Je had geen privacy, het eten was slecht en de kans dat je een ziekte kreeg was erg groot. Ook was er de kans dat er slecht weer kwam of dat je werd overvallen. Vaak was de helft van de bemanning al overleden als het schip weer in Nederland terugkwam. Het leven aan de wal was voor arme mensen ook slecht, dus soms kozen mannen er dan toch voor om maar voor de VOC. te gaan wvocBemanningerken.