De geschiedenis van Limburg

Limburg is genoemd naar de burcht Limbourg, dat ligt aan het riviertje de Vesdre in de Ardennen. Na de Napoleontische tijd kwam het gebied bij het nieuwe Koninkrijk der Nederlanden, waartoe ook België behoorde. De eerste koning, Willem I, gaf het de naam Limburg. Na de afscheiding van België werd Limburg in 1839 tussen beide landen verdeeld. Het heeft een strategische ligging. Vele landen wilden het hebben. Romeinen, Spanjaarden, Pruisen, Oostenrijkers en Fransen zijn er heer en meester geweest. In 1673 leidde Lodewijk XIV, de Zonnekoning, persoonlijk het beleg van Maastricht door de Franse troepen. Bij dit beleg kwam een van zijn adjudanten, graaf Charles d’Artagnan, om het leven. Hij werd bekend als een van de musketiers in het gelijknamige werk van Alexandre Dumas (1802-1870). Ook in de Tachtigjarige Oorlog (1568-1648) waarin Nederland zich ontdeed van de Spaanse overheersing, werd er in Limburg veel gevochten. Bij de slag op de Mookerhei (14 april 1574) kwamen twee broers van prins Willem van Oranje Nassau en duizenden "hollandse" huurlingen om het leven